Met open ogen
29 januari 2009 | |“De baby aan het uitlaten?”
Ik kijk verbaasd achterom. Een van de mannen uit het dorp haalt me in en loopt een stukje met me mee.
“Ja, zo zou je dat wel kunnen zeggen,” antwoord ik lachend.
Als het kan, loop ik ’s ochtends een rondje met mijn zoon op de arm. We kijken hoe de zon opkomt boven het omgeploegde land, hoe de kraaien zich verzamelen in de grote boom bij het kerkje, hoe de knoppen in de bomen komen. Zijn ogen zijn groot en open, kijken voor de eerste keer.
Terwijl ik hem vanochtend vertelde van de vogels en de sneeuwklokjes, herinnerde ik mij opeens mijn oude oma. Een jaar voordat zij uiteindelijk overleed, raakte zij korte tijd in een verpleeghuis. Ik zocht haar op om samen uit wandelen te gaan. Ze hield de rolstoel bij iedere heg en elke struik stil.
“Zie je dat bloempje? Schitterend hè? En moet je dat blaadje zien. Wonderlijk hè?” Ze maakte me deelgenoot van haar blijde verwondering.
Ik leer van haar en van mijn zoon om opnieuw te kijken naar dingen die me niet meer opvallen. En ik voel me dankbaar voor de grote blijdschap die dat met zich meebrengt.
Commententaren zijn gesloten.