Een wereld vol mensen en mogelijkheden
23 september 2009 | |Inspiratie – ze valt vaak gewoon op mijn deurmat.
Deze week ontving ik per post een uitnodiging voor een seminar met de titel ‘Samenwerken met moeilijke mensen’. Een zucht rees op uit mijn borstkas. De ondertitel van het seminar luidde: ‘De beste strategieën om af te rekenen met lastpakken!’ Als taal een afspiegeling is, hoe gebrekkig ook, van de manier waarop we de wereld ervaren en tegemoet treden, dan beschreef deze uitnodiging een wereld waarin sommige mensen moeilijk zijn, en anderen makkelijk. En waarin ‘samenwerken’ op een lijn wordt gesteld met ‘afrekenen’. Dezelfde wereld kwam ik tegen bij het lezen van de gemeenteberichten in de krant die tegelijkertijd met deze uitnodiging op de deurmat viel. Burgemeester en wethouders van de gemeente waarin ik woon (De Marne) hadden vorige week het Protocol veeleisende burger vastgesteld. Mijn nieuwsgierigheid was gewekt. Ik las:
‘Dit protocol gaat ervan uit dat iedere burger zich tot de gemeente De Marne moet kunnen wenden met een verzoek of een aanvraag. Of dat nu eenvoudige informatie betreft of een ingewikkelde aanvraag: u kunt bij ons terecht.’
‘Chapeau!’ kraaide ik. ‘Een ambitie, een streven, waarin ik lees dat de veeleisendheid van een burger bestaat bij de gratie van de beleving daarvan van de ambtenaar!’ Ik las verder:
Maar (ik begon onraad te ruiken) het komt ook voor dat iemand wel heel veel van de gemeente vraagt, soms zonder dat er een persoonlijk belang bij is. Ook komt het voor dat iemand niet krijgt wat hij graag wil, gewoon omdat het niet kan, bijvoorbeeld omdat er regels in de weg staan, of omdat de gemeente niet het juiste orgaan is. Dat levert wel eens ontevreden reacties op, die in sommige gevallen uit de hand lopen.
Allereerst viel me op dat ik niet langer direct werd aangesproken, maar dat er over ‘iemand’ werd gerept. “Op het moment dat er grenzen worden aangegeven, is het spannend maar belangrijk om elkaar direct aan te blijven spreken,” dacht ik. Verder las ik hier een mooi voorbeeld van wat binnen Geweldloze Communicatie’ wel eens ‘denial of responsability’ wordt genoemd – de verantwoordelijkheid voor gedachten, gevoelens, behoeften en daden ontkennen of toewijzen aan iets of iemand anders. Zoals in ‘je maakt me vreselijk boos’ of ‘zo gaat het hier nu eenmaal’. Of, zoals we hier lezen: ‘het kan niet’, ‘er staan regels in de weg’, ‘de gemeente is niet het juiste orgaan’. Adolf Eichman, die in Neurenberg terecht stond vanwege zijn optreden tijdens de Tweede Wereldoorlog, noemde dit Amtssprache: taal ontdaan van gevoel, beleving en persoonlijke keuze of verantwoordelijkheid (zie Hannah Arendts Eichmann in Jerusalem. A report on the banality of evil (1963)).
Omdat deze situaties in de hand te kunnen houden [sic], is het Protocol veeleisende burger vastgesteld. Wij willen iedereen behoorlijk behandelen en als dat niet goed gaat, mag u ons daarop aanspreken. Maar wij verwachten van de burger ook behoorlijkheid. Zo kunnen we goed samenwerken.
Ik legde de krant opzij en keek uit het raam. Volgens de burgemeester, wethouders en ambtenaren van mijn gemeente bestaat daar een wereld waarin zaken gaan ‘zoals het hoort’, waarin zaken ‘gewoon niet kunnen’, waar reacties ‘ontevreden’ zijn of mensen ‘veeleisend’.
Ik keek nog eens beter, maar zag die wereld niet.
Commententaren zijn gesloten.